Op de nationale feestdag is het tijd voor een tweede tocht. Nog steeds vanuit de tijdelijke standplaats Gent had ik enkele opties. Het eerste idee was om een start te maken met de GR 131 in Damme, maar daar is blijkbaar niet te geraken met het openbaar vervoer op een feestdag. Zelfde verhaal met GR 128 die start in Kemmel. Het hele belbusverhaal moet ik op een later moment eens uitzoeken, en misschien eerst eens proberen op bekender terrein.
Een ander boekje dat ik bij de hand had is dat van de Wandelroute van het jaar, de SGR Waas- en Reynaert. Voor mij een specialeke want ik ben geboren en heb de eerste 12 jaar van mijn leven doorgebracht in het Waasland. Familiebezoeken hebben mij de indruk gegeven dat van het Soete Waasland niet ongelooflijk veel meer overblijft, in ieder geval in de driehoek Temse – Beveren – Sint-Niklaas. Tijd om dat idee aan de realiteit te toetsen.
Dinsdag 21/07/2020
Streek-GR Waas- en Reynaertland
Topogids SGR Waas- en Reynaertland (2019)
22 km (Start- en eindpunt op de GR)
Trein naar Lokeren
Lijnbus 82 vanaf halte Waasmunster Stationsstraat, trein vanaf Lokeren.
(Let op deze bus rijdt op zon- en feestdagen enkel om de twee uur naar het station van Lokeren, een andere optie is station Sint-Niklaas uurlijks in de andere richting)
Signalisatie is prima, wanneer er twijfel kan ontstaan is via een kruis aangegeven welke richting je niet moet nemen. Gids/GPS niet nodig gehad.
Starten doet deze GR aan het Station van Lokeren, je loopt onmiddellijk rechtdoor het centrum van Lokeren in. Voor mij was het de eerste keer echt in Lokeren wanneer er niet gefeest wordt, en dan ga je van parking in een industriepark onmiddellijk naar het festivalterrein in een bus dus veel krijg je van Lokeren dan niet te zien. Ik moet zeggen dat ik aangenaam verrast ben. Gezellig, met zelfs op een feestdag wat leven op straat, en enkele mooie historische panden die me doen denken dat er in Lokeren vroeger best wel wat geld te verdienen was. Voor je aan het marktplein komt steek je trouwens eerst de Durme over, die voor deze eerste etappe de leidraad van de tocht is. Langs de Durme staan enkele metalen hazen (waarvan vandaag eentje getooid in de Belgische vlag). Blijkbaar is dit geen overtijdse paasdecoratie, maar wel een verwijzing naar de viltindustrie waarvan Lokeren een tijdje het middelpunt is geweest. De hazenvilt werd gebruikt om hoeden van te maken.
Na een kort bezoek aan het centrum van Lokeren gaat het opnieuw richting Durme, langs het Stedelijke Zwembad. De GR kiest voor de linkeroever en duikt het Verloren Bos in, een klein kasteelpark (al heeft het kasteel in kwestie meer weg van een landhuis) waar nu blijkbaar jeugdkampen georganiseerd worden en uiteindelijk De Buylaers, een gebied met vochtige hooilanden. Groot is het allemaal niet, maar dit soort groen op 10 minuten van de markt kom je ook niet overal tegen. Uiteindelijk klimmen we terug op de Durmedijk die op een dag als vandaag druk befietst wordt. Af en toe opletten dus. De Durme volgt hier de ringweg van Lokeren tot de GR aan een volgend natuurgebied aankomt, het Molsbroek. Voor mij het hoogtepunt van deze etappe.
Je loopt een drietal kilometer door dit moerassige gebied beginnend op de noordelijke rand. Links kijk je naar oninteressante woonwijken, maar af en toe opent het zicht tussen rietvelden en struiken en kijk je uit over een grote vijver waar verschillende watervogels zich kostelijk lijken te amuseren. Je blijft aan de buitenkant tot aan het bezoekerscentrum. Volgens de gids is er in het bezoekerscentrum iets te drinken te krijgen en een terras is er maar op deze feestdag zag alles er verder gesloten uit (of was het door de Coronacrisis?). De volgende horeca-mogelijkheden zijn in het dorp Waasmunster een dikke tien kilometer verder dus neem voldoende eigen voorraad mee. Het gebied zelf is beheerd door de VZW Durme en mooi uitgebouwd. Rond de grote vijver zijn er een drietal gratis te gebruiken verrekijkers voor de vogelspotters, en langsheen de route vind je verschillende informatiepanelen die je wat meer vertellen over de gevleugelde bewoners van het gebied, het landschap en de lokale geschiedenis. Zo leer ik over de slag bij de Durme, waarbij na een confrontatie met de Duitsers aan het begin van de Eerste Wereldoorlog de Belgische soldaten de toen nog iets indrukwekkendere Durme over vluchtten. Zes soldaten verdronken.
Na het bezoekerscentrum steek je het gebied middendoor, het geasfalteerde pad vormt een omgekeerde S, en loop je in plaats van langs de grote vijver door een echt moerasgebied, een bocht verder krijg je dan weer rivierduinen te zien om uiteindelijk na nog een bocht opnieuw langs de Durme uit te komen die hier verscholen ligt tussen de rietvelden. Ik stond er een beetje van te kijken hoe gevarieerd een landschap op toch geen ongelooflijk grote oppervlakte kan zijn. Ik had hier graag wat langer blijven hangen maar op deze niet-werkdag was het op het smalle pad eigenlijk iets te druk om echt te kunnen genieten, al kan ik de talrijke fietsers en wandelaars ook geen ongelijk geven. Ik denk dat dit ook voor Lokeraars een favoriet plekje is. Het enige wat ik niet snap zijn de pelotonnetjes wielertoeristen die ook per se dit pad moeten gebruiken. Niet aangenaam voor wandelaars en tragere fietsers, maar als iemand die zelf eens graag doortrekt op een fiets kan ik me ook niet voorstellen dat je er als wielertoerist veel aan hebt om op een 1,5 meter breed pad tussen de trage weggebruikers te moeten laveren.
Terug aangekomen aan de Durme lopen we een eindje richting Lokeren, om uiteindelijk bij een pompstation over te steken naar de rechteroever waar we zullen blijven tot Waasmunster. Aan deze kant van de Durme is het opvallend rustiger, en het doet deugd om eindelijk het gevoel te hebben dat ik alleen op pad ben. Je loopt langs de hoge rietvelden waar af en toe het hoofd van een fietser op de andere oever overheen glijdt. Vergezeld door veel geritsel en gefluit waar je nooit de bron van te zien krijgt loop je richting de brug van de E17 die jammer genoeg een bron van minder lieflijk geruis is dat ons de volgende kilometers zal vergezellen. Na de brug loop je de Durmedijk af (en het Waasland uit) om in Zele doorheen typisch Vlaams landbouwgebied te trekken. Rustig is het in ieder geval in deze uithoek, en ik ben dankbaar om eindelijk enkele wegels onder de voeten te krijgen, de eerste onverharde stukken sinds ik in Lokeren van de trein stapte. Je slingert hier tussen de velden. Af en toe zie je het kerkje van Waasmunster al boven de bomen komen.
Uiteindelijk kom je op een grasdijk die je naar de brug van Waasmunster zal brengen. Hier heb je voor het eerst echt zicht op de Durme en zijn getijdenwerking. Op het moment dat ik passeer is het duidelijk laagtij en is de Durme niet veel meer dan een groot uitgevallen sloot. Bij de brug van Waasmunster is het verschil tussen laag- en hoogtij een 2,5 meter. Ik mijmer een beetje over deze eens machtige rivier (Ik laat me vertellen dat Durme is afgeleid van een Keltisch woord voor ‘veel water’) die als afwatering diende voor een gebied vanaf Tielt in West-Vlaanderen en praktisch het hele gebied ten Westen, Noorden en Oosten van Gent omvatte. Door de kanalenwoede in de late middeleeuwen werd de Durme echter volledig afgesneden van zijn bovenloop, vooral door het kanaal Gent-Terneuzen. Eind 19de eeuw werd er aan gedacht om de Durme opnieuw te verbinden onder het kanaal door, maar omdat het kanaal zelf een watertekort had in de zomer is dat plan niet doorgegaan. Ook het kanaal Brugge-Gent bij Beernem waar ik vorig weekend liep was trouwens een onderdeel van de oude Durme. Wat overblijft is amper nog een rivier te noemen, en de enige reden dat ik deze nog kende is omdat ik school liep hier enkele kilometers verder in Elversele. Ik heb het even afgetoetst bij mijn Limburgse kameraden, en daar was de Durme in ieder geval geen onderdeel van het lijstje te kennen zijrivieren van de Schelde.
Eens aangekomen in Waasmunster maakt de GR een naar mijn gevoel wat overbodige lus weg van de Durme. Via een klein pad langs een school kom je in een mooi kasteelpark, dat wat doet denken aan een kleine versie van het park van Cortewalle waar we verder op deze GR nog zullen passeren. Het kasteel zelf is wel iets minder indrukwekkend. Omdat de batterij van mijn GSM richting nulpunt begon te gaan en ik die nog nodig had om terug thuis te geraken heb ik hier geen foto’s meer van. Een powerbank is al besteld voor de volgende tochten. Hierna gaat het door het veld naar de Abdij van Roosenberg. Fascinerend voor wie wat meer kaas van architectuur gegeten heeft misschien, deze modernistische kijk op een klooster, maar omdat het privéterrein is in de bossen heb je er eigenlijk nergens echt een goed zicht op. Daarna loop je terug naar de kern, door wat voor mij altijd het beeld van Waasmunster is geweest: patserige villa’s plompverloren in de bossen neergegooid als een soort Brasschaat aan de Durme. Een mooi pad tussen de bomen over een oude spoorlijn wordt wat te niet gedaan doordat je eigenlijk gewoon tussen achtertuinen inloopt, ingesneden in de Wase cuesta, dat wel.
Het laatste stukje heb ik stevig doorgewandeld om mijn bus van kwart na het uur te halen, en dat is gelukt, maar omdat die bus niet verder rijdt dan het centrum van Waasmunster is het eigenlijk nergens goed voor geweest en moet ik alsnog een uur wachten op een bus naar Lokeren. Volgende keer toch wat oplettender zijn als ik de site van De Lijn gebruik. Omdat ik een weekendticket naar Lokeren had was de bus naar Sint-Niklaas die wel elk uur rijdt geen optie.
Deze eerste etappe van de Streek-GR was wat wisselvallig met mooie ontdekkingen in het Lokerse en een aangenaam rustig stuk in Zele enkel het laatste stukje Waasmunster had van mij niet echt gemoeten. Het was een herinnering aan het grote probleem van het Waasland volgens mij: een mooi stuk volledig teniet gedaan door een schrijnend gebrek aan inzicht bij het toekennen van bouwvergunningen. Ik kijk in ieder geval wel uit naar de volgende etappe: Van Elversele tot Steendorp is het stukje Vlaamse klei waar mijn eerste levensjaren zich afspeelden. Hopelijk een blij weerzien.
Hallo Bram, dit verslag met veel interesse gelezen want dat traject moet ik nog doen. Ik was van plan ermee te wachten tot het weer groen is en als ik lees over de verharde paden onderweg, lijkt me dat een goed idee. Van het stuk Kruibeke tot Sinaai ben ik alvast niet wild geworden. Volgende keer wandel ik tot Lokeren station. Groeten. Oh ja, als je op je smartphone wifi en dataverbinding afzet, kom je makkelijk toe met je batterij 😉
Ik vond het best een interessant traject in ieder geval. Zeker niet het mooiste wat er in Vlaanderen te doen is, maar op een zonnige dag langs de Durme slingeren heeft wel wat (En ik loop al eens graag door boerenland, dat helpt ook). Ik hoor ook dat het stuk Durmedijk naar Waasmunster op dit moment zo goed als onbegaanbaar is, dus je hebt wel gelijk dat je wacht.
Jammer dat het stuk naar Lokeren ook geen voltreffer was. Niet de makkelijkste streek om een GR door te trekken als routebouwer denk ik, maar in ieder geval heb je het weidse polderland in het noorden nog te goed.